Goede vraag, want ik snap ook niet waarom het met digitale spiegelreflexen niet kan. Bij de analoge oude spiegelreflexen was er wel een goede reden voor:
de analoge spiegelreflex werkt over het algemeen met twee zogenaamde gordijnen. Voordat er ontspant wordt, staat er één gordijn dicht, en één open. Op het moment dat je ontspant, opent het gesloten gordijn, en aan het einde van de sluitertijd gaat het aanvankelijk open gordijn dicht (en daarna wordt de oorspronkelijke toestand hersteld).
Bij korte sluitertijden gebeurt er echter het volgende: het open gordijn begint zich al te sluiten terwijl het gesloten gordijn nog niet helemaal geopend is. Het gevolg daarvan is dat de film dus op elk moment slechts deels belicht wordt. Zou je op dat moment de filtser doen afgaan, dan wordt het beeld dus maar deels belicht, en over het algemeen heb je dan een onderbelichte streep boven en onderin het beeld. Vandaar dat de analoge spiegelreflexen het niet toestaan om een sluitertijd te kiezen korter dan een bepaalde tijd. Vandaar ook dat de betere reflexen de mogelijkheid boden om te flitsen op het eerste of twee gordijn, want juist bij bewegende scenes kan dat een verschil maken in hoe de foto eruit komt te zien.
Digitale reflexen werken natuurlijk anders, maar veel aspecten van de digitale reflex hebben hun analoge evenknie (vergelijk bijvoorbeeld het korreleffect met digitale ruis, die beiden afhankelijk zijn van de ISO waarde). Wellicht dat digitale reflexen ook iets hebben dat analoog is aan de gordijnen van oude spiegelflexen. Weet iemand hier het antwoord op?
Zie ook:
http://nl.wikipedia.org/wiki/Spleetsluiterhttp://en.wikipedia.org/wiki/Focal-plane_shutter